Trouw, 21 september 2024, met Hidde Boersma
In het debat over onze lage geboortecijfers spelen nogal wat misverstanden, betogen Hidde Boersma en Mirjam Vossen. Zoals de vrees dat elders veel meer kinderen worden geboren, en dat die allemaal hier naartoe komen.
Laten we beginnen met een quiz. Welke van de volgende twee landen denkt u dat het hoogste geboortecijfer heeft? Polen of Zuid-Korea? Frankrijk of Iran? Zweden of Cuba? U vindt de antwoorden aan het eind van dit artikel.
Waarom doen we deze quiz? Omdat het spook van overbevolking en omvolkingsangst door Europa waart. De westerse beschaving gaat ten onder omdat ‘wij’ te weinig kinderen krijgen, en vrouwen van andere etniciteiten, in Nederland of elders, juist veel.
‘Geopolitieke gevolgen’
De Hongaarse premier Viktor Orbán was er het duidelijkst over toen hij stelde dat de lage geboortecijfers de zelfmoord van de westerse beschaving inluidde. Hij beloont vrouwen als ze meer kinderen krijgen, onder andere via belastingvoordelen, een maatregel die de Italiaanse premier Giorgia Meloni ook overweegt. In Nederland vielen mensen over NSC-voorman Omtzigt heen, toen hij onlangs stelde dat ons lage kindertal ‘geopolitieke gevolgen’ zou hebben.
Maar kijk eens naar de cijfers. Een korte periode in de geschiedenis was het inderdaad zo dat de bevolkingsgroei in Europa afvlakte, terwijl die in de rest van de wereld door denderde. In 1975 dook het Nederlandse gemiddelde kindertal naar 1,7 terwijl dat wereldwijd nog op 4,1 lag.
De rest van de wereld volgde echter snel het voorbeeld van Europa. Van Bolivia tot Benin, overal werden gezinnen kleiner. Op dit moment krijgen vrouwen wereldwijd gemiddeld nog maar 2,3 kinderen. Dat is nauwelijks boven het vervangingscijfer van 2,1, waarbij de bevolkingsomvang stabiel blijft. In de EU is het 1,5, in Nederland volgens de meest recente cijfers 1,43.
Drijfveren dalend kindertal
Economische voorspoed en betere gezondheidszorg zijn de belangrijkste drijfveren van het dalende kindertal: ouders kunnen erop rekenen dat hun kinderen blijven leven en zijn niet langer afhankelijk van hen voor hun oude dag. Dat de wereldbevolking naar verwachting nog groeit tot 10 miljard rond 2080, danken we voornamelijk aan het feit dat we steeds ouder worden.
Een van de onderliggende angsten in de discussie rond geboortecijfers is de vrees voor grootschalige migratie uit Afrika, waar de bevolking nog wel snel groeit. En ja, er zijn landen waar dat zo is, zoals Niger en Tsjaad. Met name op het arme platteland zijn gezinnen met meer dan 5 kinderen de norm. Uit deze gebieden komen echter nauwelijks mensen naar Nederland.
In veel andere Afrikaanse landen daalt het geboortecijfer al gestaag. Neem Ethiopië, waar vrouwen in 2000 nog rond de 7 kinderen kregen. Nu zijn dat er 4,1, in hoofdstad Addis Abeba zelfs tussen de 1,5 en 2. En Ethiopië is geen uitzondering. In Kenia en Botswana was meer dan 6 kinderen de norm in 1980. Nu is dat respectievelijk 3,4 en 2,8, en dalende.
Niet alleen de mythe van hoge geboortecijfers in Afrika kan in de prullenbak. Datzelfde geldt voor het idee dat mensen uit moslimlanden veel kinderen krijgen. In het Midden-Oosten is de daling van het geboortecijfer zelfs nog harder gegaan dan in Afrika. Iran is het meest spectaculaire voorbeeld. Daar is het geboortecijfer sinds de jaren tachtig gedaald van ruim 6 naar 1,7 kinderen per vrouw, onder een conservatief religieus regime.
Maar ook in Jordanië (2,8), Saudi-Arabië (2,4) en zelfs in het in door oorlog geteisterde Syrië (2,7) zijn gezinnen klein. In weerwil van de heersende opinie is er dan ook nauwelijks een verband tussen religie en kindertal. Globalisering, verstedelijking en economische en sociale vooruitgang hebben overal hetzelfde dempende effect op geboortecijfers.
Migranten uit Turkije en Marokko
In Nederland kreeg de eerste generatie migranten uit landen als Turkije en Marokko in het verleden inderdaad meer kinderen, maar dit is drastisch veranderd. Met een gemiddeld kindertal van 1,5 gaan migranten van de tweede en derde generatie steeds meer naar het Nederlandse gemiddelde. Ook hier zijn niet culturele en religieuze, maar sociaal-economische factoren bepalend voor het kindertal, zoals opleidingsniveau en toegang tot werk.
Ja, vergrijzing is een uitdaging, met steeds minder werkenden om de economie draaiende en de verzorgingsstaat betaalbaar te houden. Daarom komen migranten naar Nederland, niet vanwege de hoge geboortecijfers of bevolkingsdruk in het land van herkomst, zo stelt de Amsterdamse hoogleraar sociologie Hein de Haas in zijn boek Hoe migratie echt werkt. Het debat moet gaan over hoe de vergrijzing in goede banen te leiden, niet over de baarmoeders van Nederlandse vrouwen.
En de antwoorden van de quiz over de hoogste geboortecijfers? Polen verslaat Zuid-Korea, Frankrijk verslaat Iran, en Zweden verslaat Cuba. Aardig feitje ter afsluiting: in Frankrijk en Zweden zijn de geboortecijfers hoger door ruim ouderschapsverlof en goede, betaalbare kinderopvang. Willen rechts-conservatieve lieden echt meer kinderen, dan kunnen ze zich het best wenden tot progressieve politiek.